Na 107 jaar was het kaarsje langzaam opgebrand (2019)

Foto: Jos Kruisbergen

Door Jos Kruisbergen

 

Mijn moeder komt weer terug naar haar geboortedorp Wamel. Op zondag 29 december 2019 was ze ‘s morgens nog liefdevol door de verpleegkundige gewassen. Ze keek nog even op en ging op eigen kracht goed liggen. Toen vertrok moeder naar de hemelpoort, waar ze eigenlijk nog niet naar toe wilde.
Ons mam, ja, ze is maar wat vaak gefilmd en wat hebben de kranten veel over haar geschreven. Ze vond het allemaal prachtig. Toen ze 100 jaar werd, beklom koster Rem van Maurik de trappen van de Hervormde Kerk om de Wamelse vlag uit te hangen. Wat was ze trots… Moeder was Wamel en is Wamel gebleven tot aan haar laatste zucht.
Toen ze gedwongen werd om haar geliefde geboortedorp te verlaten, ging ze al een klein beetje dood. Hoewel ze bijna niets meer hoorde en vrijwel blind was, bleef ze betrokken bij haar kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen. Ook haar humor bleef ze houden. Menigeen die haar kende weet zich nog wel een van haar rake opmerkingen te herinneren. Ze was gevat en had altijd een kwinkslag.
Toen moeder 50 jaar geleden ons pap verloor, ging ze niet bij de pakken neerzitten en al vrij snel nam ze de draad weer op. Haar mooie humor heeft ze tot het laatst toe vastgehouden.
Moeder was erg gelovig, erg katholiek. Tot haar honderdste ging ze jaarlijks op bedevaart naar Wittem naar de heilige Gerardus, en elke meimaand toog ze naar Den Bosch om bij Maria een kaarsje op te steken. Altijd was ze aan het bidden voor anderen; zichzelf cijferde ze daarvoor weg. Iedere keer als er weer een kerk gesloten werd in Maas en Waal, deed dat pijn in haar hart. En wekelijks ging ze naar de kerk. Ik zeg altijd: als de mensen allemaal zoals mijn moeder waren, moesten er kerken bijgebouwd worden in plaats van gesloten.
We zijn blij dat we moeders uitvaart nog kunnen verzorgen in de Wamelse St.-Victorkerk, en kunnen begraven bij ons pap.
Moeder, bij de hemelpoort zie je alle dorpelingen weer terug: de oud-strijders uit de oorlog, natuurlijk onze geweldige zwager Geert en mijn vriend André die jou enkele weken geleden zijn voorgegaan. De engelen in de hemel zullen je met open armen ontvangen. Want als jij niet in de hemel komt, komt niemand daar.
Wat vond je het erg van al die oorlogen en ruzies. Als iedereen zo leefde als jij, was er nu vrede en zou de wereld er heel anders uit zien.
Ga daar in de hemel verder met je humor en wacht op ons. We komen er allemaal aan, alleen hopen we het nog even uit te stellen.
Rust zacht. We zijn God dankbaar dat we je zo lang in ons midden mochten hebben.
Langs deze weg willen we alle verpleegkundigen bedanken voor hun liefdevolle zorg. Ze hielden van mijn moeder en moeder hield van hun. Mijn ogen zijn opengegaan, ik heb gezien wat er allemaal komt kijken bij dit mooie, maar zeer zware beroep. Laten we zuinig zijn op deze mensen.
Namens mijn moeder wil ik iedereen bedanken die altijd trouw bij haar op visite kwam. En ook voor de vele mooie reacties op Facebook op haar verjaardag; die moesten we dan allemaal voorlezen.
Moeder, bedankt voor alles. Je laat een rijk stuk geschiedenis voor ons achter. Fijn dat je met al je levenservaringen en een wagonlading vol blije en verdrietige dingen zonder al te veel lijdenspijn mee mocht naar betere oorden.
Ik ben blij dat jij mijn moeder mocht zijn.
En o ja, de groeten van de Pinkies (Quinten & Thymen) die dagelijks bij je langs kwamen.

 

Foto: Jos Kruisbergen

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen